Over de voorstelling
Een familie aan tafel,
een douche die loopt,
een gans die kwaakt,
een laatste avondmaal.
In Foreverandevergem komt een familie samen in de tuin van het ouderlijk huis. Het laaste kind verlaat het nest, er wordt ingepakt en afscheid genomen. Het huis is een plek die bol staat van kleine en grote beslommeringen uit het gezamenlijke verleden van een gezin. De familieleden, verdeeld over vier generaties, schuiven met hun gedeelde herinneringen en oude verlangens mee aan tafel.
Onder schurende live muziek trachten ze antwoord te zoeken op existentiële vragen. Wie zijn ze voor elkaar, wie zijn ze met elkaar? Wat verbindt hen en wat drijft hen uiteen?
Het kind komt thuis en de ouder slaat zijn klauwen in het kind. De ouder heeft het kind niets te zeggen. De ouder wil alleen dat het kind een paar uur in een stoel blijft zitten en dan onder hetzelfde dak gaat slapen. Dat heeft niets met liefde te maken. Dat is gewoon iets wat in het bloed zit. Een soort hebberigheid van het bloed, dat is het lot van de mens.
– Robert Penn Warren, All the King’s Men
Net als in het bekende Russische toneelstuk De Kersentuin van Anton Tsjechov -over de ondergang van een aristocratische familie en hun geliefde landgoed- worstelen moeder en kinderen met het broze voortbestaan van dat wat ooit zo vanzelfsprekend leek. Iedere ontmoeting tussen hen is een poging om weer evenwicht te vinden tussen opgroeien en klein blijven, slaan en zalven, vasthouden en loslaten.
In een zinderend, muzikaal familieportret schreeuwen de instrumenten, samen met de stem van een moeder, om alles wat een familie bij elkaar houden kan.